Projectleiders Stefan en Niels:
"Je bent echt bezig met bouwen voor de toekomst"
We maken kennis met Stefan Paardekoper en Niels Vroman, namens Holland Shipyards projectleiders voor de bouw van onze elektrische veren. Allebei begonnen als stagiair bij de werf en allebei bleven ze er 'plakken'. Het project Riveer is het eerste dat ze zelfstandig oppakken.
"Het kan snel gaan"
"Na het afronden van mijn MBO-opleiding, werd ik gevraagd om nog twee dagen te blijven werken," vertelt Stefan. Dat aanbod accepteerde hij, en tegelijkertijd startte hij met de voltijd HBO-opleiding Maritieme techniek. Die twee werkdagen werden al snel 3 tot 4 dagen (door corona hoefde hij steeds minder vaak naar school) en samen met de werf besloot Stefan om het tweede studiejaar in deeltijd te starten. Van stagiair bij de tekenkamer was hij binnen een paar jaar assistent-projectleider voor twee schepen die in Noorwegen werden opgeleverd. En eenmaal terug uit Noorwegen, kreeg hij meteen de elektrische schepen van Riveer toegewezen, samen met Niels. "Ik heb dezelfde opleiding Maritieme Techniek gedaan, maar dan volledig voltijd," zegt hij. "Na mijn afstuderen - zo'n twee jaar geleden - ben ik gebleven." Voordat Niels met het project Riveer aan de slag ging, hield hij zich voor Holland Shipyards bezig met de engineering tot productie van twee zeeschepen die werden omgebouwd. "Het kan snel gaan," zeggen de heren lachend.
Eerste volledig aluminium nieuwbouwschip
"Het is een mooi project, heel anders..." vindt Niels, "want volledig elektrisch, aluminium en er zijn veel nieuwe partijen waar we mee samenwerken. Vanuit school was alles gericht op innovatie en duurzaamheid, dit sluit daar heel erg op aan. Je bent echt bezig met bouwen voor de toekomst." Stefan vult aan: "Voor mij is vooral het aluminium het nieuwe. Dat geldt eigenlijk voor de hele werf, want dit is het eerste officiële nieuwbouwschip wat we volledig aluminium bouwen. En dat je veel meer bezig bent met infrastructuur maakt het ook anders." Naast het bouwen van twee veren, heeft Holland Shipyards ook de opdracht aangenomen voor laadinfra vanaf de wal en het aanpassen van de afmeervoorzieningen. "We hebben het zo verdeeld dat Niels wat meer met de infrastructuur bezig is, dus bijvoorbeeld de pontons en de walstroominstallatie. Ik zit wat meer op de scheepsbouw, dus echt de casco's en de afbouw daarvan. Maar het elektrische gedeelte is natuurlijk heel erg gecombineerd, dus zit je toch steeds in elkaars vaarwater bezig," zegt Stefan. "We weten altijd waar de ander mee bezig is."
Pontons
In Polen krijgen de veerboten zelf inmiddels steeds meer vorm, maar achter de schermen wordt ook hard gewerkt aan de infrastructuur. Eind april werden de eerste metingen verricht voor de nieuwe pontons. "Nu meren de schepen nog langszij aan. De elektrische veren hebben een klep aan de voorkant waar passagiers op- en afstappen. Dus de aanlegsteigers worden zo gebouwd dat de pont er met de punt in kan varen en dat het ook nog mogelijk is om met de huidige vloot aan te meren. De schippers (de pont is eenmansbediend) varen de nieuwe ferries een soort fuik in. Het schip blijft op deze manier in zijn positie liggen, waarna de passagiers veilig van en aan boord kunnen gaan," vertelt Niels. "De pontons zelf ogen ook een beetje als een catamaran. De ponton ondervindt op deze manier minder weerstand van het schroefwater en stromingen op de Merwede. Het water kan er gewoon tussendoor, dat scheelt ook weer weerstand." Het is meteen een bruggetje naar het opladen. Niels legt uit: "Dit werkt eigenlijk op dezelfde manier als bij een trein of tram. De ponton in Gorinchem is voorzien van een haak waarin het schip vast komt te zitten en waarmee hij wordt opgeladen. De schippers kunnen dit met een druk op de knop activeren."
Nog even, en dan wordt het eerste casco naar Nederland vervoerd. Dat wil zeggen: het kaal opgeleverde schip. "Op de werf in Hardinxveld zal weinig tot niks meer aan het schip worden gelast. Hier gebeurt al het aansluitwerk, testwerk, betimmering, enzovoorts," legt Stefan uit. Dat is ook de reden dat de schepen ongeveer zes weken na elkaar geleverd zullen worden. "Zo kunnen we een soort treintje maken in de afbouw. De eerste ploeg kan kabels gaan trekken en dan kunnen we diezelfde ploeg mensen weer inzetten voor de volgende boot. Dat scheelt tijdtechnisch heel veel. De eerste keer is toch altijd een beetje het wiel uitvinden."